De naam Parijs is afgeleid van een Gallische stam, de Parisii, en in feite een verkorting van de Latijnse uitdrukking Civitas Parisiorum ("Stad van de Parisii"). Deze naam is in de plaats gekomen van Lutetia. In de tijd van het Romeinse Rijk werden de Parisii eveneens in de buurt van East Riding of Yorkshire aangetroffen. Over de uiteindelijke herkomst van de naam van deze volksstam bestaat geen zekerheid. De naam van de Parisii zit eveneens in de plaatsnamen Villeparisis, Cormeilles-en-Parisis, Fontenay-en-Parisis en de hele streek Parisis. (Een niet serieus bedoelde alternatieve verklaring die Rabelais geeft in zijn werk Gargantua, is dat de naam Parijs een samentrekking zou zijn van par ris, wat "om te lachen" betekent.)
Bijnamen Parijzenaars zelf duiden de stad wel eens informeel aan met Paname. Hoewel de officiële Franse benaming Parisiens/Parisiennes is, worden Parijzenaren door met name Zuid-Fransen informeel ook wel Parigots/Parigotes genoemd.
Topografie Parijs ligt in het noorden van Frankrijk, in de regio Île-de-France en aan de rivier de Seine. Het echte historische centrum is gebouwd op twee eilanden, het Île Saint-Louis en het grotere Île de la Cité wat het oudste gedeelte van de stad is. Over het algemeen is Parijs relatief vlak, met het laagste punt op 35 meter boven de zeespiegel. Parijs ligt aan weerskanten van de rivier wel op een aantal heuvels: de Montmartre (130 meter),[8] de Belleville (128,5 meter) die uitkomt op de rue du Télégraphe, de Ménilmontant (108 meter), het Buttes-Chaumont (103 meter), de Passy (71 meter) en de Chaillot (67 meter). Ten oosten van de Seine bevinden zich de heuvels van Montparnasse (66 meter), Butte-aux-Cailles (63 meter) en Montagne Sainte-Geneviève (61 meter).
In 1844 werd de eigenlijke stad Parijs door de stadswal van Thiers van de buitenwijken afgescheiden. Bij de laatste grote annexatie door van de omringende gebieden in 1860 heeft Parijs zijn huidige omvang gekregen, en vanaf toen omvatte het de huidige twintig arrondissementen.[9] In de jaren 1920 werd de stad nogmaals fors uitgebreid met 8,9 km². In 1929 werden de parken Bois de Boulogne en Bois de Vincennes officieel aan Parijs toegevoegd, waardoor het huidige gebied een oppervlakte bestrijkt van 105,39 km². Zonder deze twee parken bedraagt het totale oppervlak van Parijs 86,928 km². Tegenwoordig wordt de stad van de buitenwijken gescheiden door een 35 km lange ringweg, de Boulevard Périphérique, die het historische centrum van Parijs via de Portes de Paris met de buitenwijken verbindt.
Tijdens de heerschappij van Napoleon III werd Parijs grondig verbouwd door Georges-Eugène Haussmann. In Parijs woonden veel mijnwerkers in kleine huizen. Wijk voor wijk is afgebroken, en daarna is Parijs met brede boulevards en avenues en met grote pleinen opnieuw opgebouwd. Dat maakte het ook gemakkelijker de bevolking van Parijs onder controle te houden. De bekendste van die nieuwe avenues is de Avenue des Champs-Élysées. De huizen in Parijs hebben allemaal een lichte kleur, omdat ze met kalksteen zijn gebouwd. In de buurt van Parijs waren veel kalksteengroeven. Een van de zwartste dagen in de geschiedenis van Parijs was 28 mei 1871, toen 20.000 Parijzenaren het leven lieten tijdens een opstand die als de Commune van Parijs de geschiedenis is ingegaan. Tijdens de Derde Republiek brak een bloeiperiode aan die bekend is komen te staan als de belle époque. Aan deze periode kwam met het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog een eind. Parijs werd tijdens deze oorlog niet bezet, maar de maatschappij raakte ontwricht en gedurende het interbellum waren de tegenstellingen tussen de maatschappelijke klassen heel scherp geworden. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Parijs in juni 1940 door de Duitsers ingenomen.
Op 25 augustus 1944 werd Parijs bevrijd. Tijdens de Vijfde Republiek veerde Parijs weer op, zo werd in 1958 het Établissement public pour l'aménagement de La Défense (EPAD) opgericht, dat de ontwikkeling, iets buiten Parijs, van de zakenwijk La Défense zou coördineren.
In 1963 werd begonnen met de aanleg van de rondweg van Parijs, de Boulevard Périphérique. Onder burgemeester Jacques Chirac (1977-1995) en zijn opvolger Jean Tibéri (1995-2001) sluipen er in het gemeentebestuur van Parijs allerhande corrupte praktijken in.
De overwegend conservatieve bevolking van Parijs krijgt daarvan zo genoeg dat zij in 2001 een socialist, Bertrand Delanoë, tot burgemeester verkiest, en dat ondanks het feit dat hij er openlijk voor uitkomt homoseksueel te zijn. Op 27 oktober 2005 braken er ernstige onlusten in de Parijse banlieu uit, waar kansarme jongeren massale vernielingen aanrichtten en slaags raakten met de oproerpolitie. De rellen hielden meer dan twee weken aan.
De eigenlijke gemeente Parijs en tevens departement telt zo'n 2.257.981 inwoners op 10 525 hectare, wat neerkomt op een 20.400 inwoners per km². De regio Île-de-France telt 12 miljoen inwoners. Parijs staat bekend om zijn multiculturele samenleving. Al sinds de middeleeuwen trekken immigranten richting Parijs, van de Nederlandse en Zweedse studenten die naar de studentenwijk quartier Latin trokken in de 14e eeuw tot de huidige Afrikanen en Oost-Aziaten in de Goutte d'Or. De grootste groepen van buitenlandse komaf die nu in Parijs wonen komen uit de volgende landen:
Percentage Imigranten in Frankrijk | |||
---|---|---|---|
Als gevolg van de zogeheten rurale exodus in combinatie met de economische groei was de stad echter overbevolkt geraakt. In deze tijd ontstond ook het begrip banlieue en werd er vaker van de région parisienne gesproken dan van de stad Parijs. | |||
Département | Number | % département | % Île-de-France |
Paris (75) | 436'576 | 20 | 22.4 |
Seine-Saint-Denis (93) | 394'831 | 26.5 | 20.2 |
Hauts-de-Seine (92) | 250'190 | 16.3 | 12.8 |
Val-de-Marne (94) | 234'633 | 18.1 | 12 |
Val-d’Oise (95) | 185'890 | 16.1 | 9.5 |
Yvelines (78) | 161'869 | 11.6 | 8.3 |
Essonne (91) | 150'980 | 12.6 | 7.7 |
Seine-et-Marne (77) | 135'654 | 10.7 | 7 |
Île-de-France | 1'950'623 | 16.9 | 100 |
In Parijs zijn zeer veel mogelijkheden om zich te vermaken. Overdag kan men naar één van de vele bezienswaardigheden gaan, 's avonds zijn er veel uitgaansmogelijkheden. Men kan naar het theater, opera, dans, muziek, bioscoop en cabaret.
Het hoogste gebouw is de Eiffeltoren met een hoogte van 325 meter. Parijs heeft dankzij meer hoge gebouwen een eigen skyline gekregen. Doordat de ruimte schaars is moet men de hoogte in. Toch is er betrekkelijk weinig hoogbouw in vergelijking met bijvoorbeeld New York City. Parijs bevat niet veel wolkenkrabbers die hoger zijn dan 100 meter, de Tour Montparnasse is de hoogste. Na de nogal controversiële bouw hiervan werd de bouw van meer wolkenkrabbers verboden, de meeste wolkenkrabbers van de agglommeratie staan dan ook buiten de péripherique, in het bijzonder in het sinds 1958 aangelegde zakendistrict La Défense. La Défense bevat 3.000.000 m² aan kantoorruimte. Het is hiermee het grootste zakencentrum van Europa. Veel van de wolkenkrabbers zijn tussen de 100 en 200 m hoog, zoals de Tour Total met 190 m en de Tour Axa. Ook in de wijk Montparnasse in het zuiden vindt men hoogbouw. Rondom het station Montparnasse vindt men een aantal wolkenkrabbers, waaronder de op één na hoogste van Frankrijk, de Tour Montparnasse met een hoogte van 210 m.[29] Het Hotel Meridien Montparnasse meet 120 m. In het 13e arrondissement, evenals naast de Eiffeltoren langs de Seine zijn er vele hoge wolkenkrabbers van rond de 110 m. Daarnaast vindt men rond de stations Austerlitz, Lyon en Bercy ook aantal wolkenkrabbers, waaronder de Bibliothèque Nationale.
Op cultureel gebied zijn er vele soorten musea. Parijs telt ongeveer 150 musea, van schilderkunst tot wetenschap en van natuur tot internationale culturen. Om de Parijse musea te bezoeken kan men gebruikmaken van een speciale museumpas (in het Frans Carte Musées et Monuments Paris et Île-de-France), waardoor men toegang heeft tot 60 musea en monumenten in Parijs en de directe omgeving (Île-de-France). De meeste musea zijn gratis toegankelijk voor kinderen t/m 17 jaar. De meeste musea zijn in het algemeen gesloten op maandag of dinsdag, 1 mei, 1 november, 25 november en feestdagen. Gratis toegangsdagen musea en monumenten zijn er op elke eerste zondag van de maand.
Hier treft u een aantal monumenten